Hoe werkt de nieuwe opzegvergoeding?
Sinds 1 juni 2023 zijn de nieuwe regels voor de opzegvergoeding actief met als doel ervoor te zorgen dat energieleveranciers weer meer vaste contracten gaan aanbieden. Veel energieleveranciers hebben tijden lang geen vaste contracten aangeboden omdat de energieprijs erg volatiel was en het inkopen van energie over een langere periode dus zeer onzeker was. De ACM heeft dit willen veranderen met het invoeren van de nieuwe regels omtrent de opzegvergoeding.
Eerder was het zo dat wanneer je een energiecontract voortijdig opzegde, je voor elk jaar en elk product dat je afneemt een opzegvergoeding van €50 betaalde. Nam je bijvoorbeeld stroom en gas af en werd het energiecontract vervolgens een jaar te vroeg opgezegd, dan betaalde je daarvoor een opzegvergoeding van €100, namelijk €50 voor stroom en €50 voor gas. Sinds 1 juni 2023 is het zo dat de energieleverancier een opzegvergoeding in rekening brengt die het tariefverschil tussen het oude en het nieuwe contract vermenigvuldigt met de resterende hoeveelheid energie die niet is afgenomen en door de voortijdige overstap ook niet wordt afgenomen.
Hoe werkt de nieuwe opzegvergoeding?
Hoe de nieuwe opzegvergoeding werkt staat hierboven beschreven, maar is niet voor iedereen even duidelijk. Het komt er in principe op neer dat je de energieleverancier waarbij je het contract voortijdig opzegt, compenseert voor de energie die deze al op basis van het afgesloten contract heeft ingekocht. Dat doe je door een opzegvergoeding te betalen die bestaat uit het verschil tussen de energieprijs van je oude en nieuwe energieleverancier en de hoeveelheid niet afgenomen energie waarop het contract gebaseerd is.
Voorbeeld: Stel je hebt een jaarcontract stroom en gas afgesloten op basis van een verbruik van 2000 kWh stroom tegen €0,50 per kWh en 1000 m3 gas tegen €1,80 per m3. Nu besluit je op de helft van de looptijd over te stappen naar een energieleverancier die stroom en gas aanbiedt tegen een tarief van €0,25 per kWh voor stroom en €1,00 per m3 voor gas. Daarnaast heb je bij je huidige energieleverancier de helft van de afgesproken energie afgenomen, namelijk 1000 kWh stroom en 500 m3 gas. Je zou dus eigenlijk nog 100 kWh stroom en 500 m3 gas moeten afnemen.
De berekening gaat dan als volgt: Het prijsverschil tussen de oude en nieuwe energietarieven bedraagt €0,25 per kWh stroom en €0,80 per m3 gas. De nog af te nemen hoeveelheid energie die niet is afgenomen door de voortijdige opzegging bedraagt 1000 kWh stroom en 500 m3 gas. De opzegvergoeding wordt dan: 1000 x 0,25 voor stroom en 500 x 0,80 voor gas.
(1000 x 0,25) + (500 x 0,80) = 250 + 400 = €650,-
Dat bedrag is een stuk hoger dan de eerdere €100 die gerekend zou worden onder de oude opzegvergoeding.
Hoe werkte de opzegvergoeding voor 1 juni?
Voor 1 juni 2023 was het zo dat je per voortijdig opgezegd product per jaar een vergoeding betaalde van €50, ongeacht het verbruik etc. In het eerder aangehaalde voorbeeld zou dat neerkomen op een opzegvergoeding van €100. Dat scheelt een stuk tegenover de €650 die vandaag gerekend zou worden.
Het lijkt er dus op dat de nieuwe opzegvergoeding een stuk hoger ligt dan de oude. Toch kun je in enkele gevallen onder de nieuwe regels goedkoper uit zijn. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer de nieuwe energieleverancier energie levert tegen precies dezelfde tarieven, of het contract nog maar een korte resterende looptijd heeft.
Benieuwd hoe hoog jouw opzegvergoeding op dit moment is onder de nieuwe regels? Daarvoor gebruik je de volgende formule:
((Kwh in contract – kWh verbruikt) x (prijs kWh oud – prijs kWh nieuw)) + ((m3 in contract – m3 verbruikt) x (prijs m3 oud – prijs m3 nieuw))